Verstoten

Wanneer de nacht langzaam invalt en de sterren verschijnen in het nachtelijk uur, kijkt een vrouw naar boven.

De ene ster is helderder dan de ander, maar als ze wat bewuster kijkt, ziet ze opeens duizenden sterren oplichten. 

Dit vindt ze altijd een magisch moment.

Het lijkt alsof er een sluier wegvalt en er dan opeens een andere wereld voor haar ogen opdoemt.

Ze kijkt verwonderd de sterrenwereld in en zo nu en dan ziet ze een ster oplichten.

 

Het is een rustige avond. Het is stil en de wereld slaapt. 

Hier en daar hoort ze wat geritsel van een muis.

De vrouw glimlacht. “Er is er altijd wel één die wakker is.”

Opeens komt er een gedachte in haar hoofd.

Ze voelt een steek in haar hart.

Ze weet dat als ze dit gevoel weg blijft stoppen, dat deze pijn alleen nog maar erger wordt.

 

Ze gaat op een ligstoel in de tuin liggen. 

Dan legt ze een deken over zich heen en kijkt naar de nacht. 

Dikke tranen stromen over haar wangen naar beneden.

Ze is alleen en er zal nooit meer een samen zijn.

De Engel naast haar kijkt verdrietig naar de vrouw.

Als zijn hele leven is hij al bij haar en hij heeft haar strijd gezien.

Ze heeft al veel mogen loslaten, maar er blijft altijd deze onverbiddelijke pijn over.

Een pijn die zoveel lagen kent, maar de kern zit door generaties voor haar, diep verstopt.

Familieleden die allang over zijn, die hetzelfde gevoel kennen, staan op de achtergrond te wachten.

Ze hebben de kern, net als de vrouw nog niet ontdekt.

Ze hopen dat de vrouw met onderzoek naar binnen, de lagen zal loslaten, zodat ook hun kern vrijkomt van deze zelfde pijn.

 

De Engel kijkt nog steeds naar de vrouw. Ze heeft het moeilijk.

Ze wil deze pijn niet voelen, maar de tijd dringt.

Er zal eens een dag komen dat haar vader en moeder deze aarde verlaten.

Ze weet dat zodra dit gebeurt, ze door deze pijn en onmacht geen kant meer op kan.

Ze zal deze pijn onder ogen moeten gaan zien. 

Ze weet ook, dat wanneer ze nu in deze pijn duikt, ze later zodra het echt zover is, veel makkelijker en sneller hier doorheen kan gaan. 

De vrouw is bang. Ze heeft angst voor deze pijn.

Ze wil niet, maar het lijkt alsof de druk om het wel aan te kijken, met de dag groter wordt.

 

De familieleden komen dichterbij en gaan om haar heen staan.

De Engel legt zijn hand op het hoofd van de vrouw neer.

Er gaat een gevoel van rust door de vrouw heen en ze weet dat haar helpers bij haar zijn.

Dan kijkt de Engel haar familieleden aan en zegt: “Ze is er klaar voor.

Laten we haar helpen en steunen in deze innerlijke strijd, en het voor altijd vrijmaken van het oude familiekarma.”

 

De vrouw droogt haar tranen en kijkt nog eenmaal naar de hemel.

Dan ziet ze een vallende ster die een lichtstreep achterlaat.

Ze glimlacht en zegt: “Dank jullie wel voor dit cadeau. Het doet me goed.”

Dan staat ze op en loopt naar binnen. Niet wetende dat haar familie haar volgt.

En als ze slaapt, ziet ze hen in een droom. 

In de verte staan ze op een heuvel, en ze juichen en dansen van vreugde.

Lachend draait de vrouw zich om en loopt over haar pad tussen het goudgele koren door.

Voor haar loopt een man, het is haar beste vriend.

En als de zon langzaam onder gaat, dansen de vlinders om haar heen.

De Engel glimlacht, de kern is gevonden en er is nu liefde voor in de plaats gekomen.

 

Geschreven door Jolanda Rhijnsburger

 

Gastenboek

Commentaren: 0
Voor meer  info, klik op afbeelding
Voor meer info, klik op afbeelding
Voor meer  info, klik op afbeelding
Voor meer info, klik op afbeelding
Voor meer  info, klik op afbeelding
Voor meer info, klik op afbeelding
Voor meer  info, klik op afbeelding
Voor meer info, klik op afbeelding
Voor meer  info, klik op afbeelding
Voor meer info, klik op afbeelding
Voor meer  info, klik op afbeelding
Voor meer info, klik op afbeelding

Schrijf-Medium Jolanda Rhijnsburger Epen Limburg